Apeldoornse ontwerpt kleding voor GeorgiëDoor: GONNY DE WEERD 20 OKTOBER 2006 - APELDOORN - In haar voorkamertje naait Dita Dros (56) nog even snel de laatste jurkjes en jasjes in elkaar voordat ze morgen naar Georgië vertrekt. Het zijn voorbeelden van de kinderkleding die ze zelf heeft ontworpen en die onder de naam ‘Dita Holland’ op de markt komen in het land in de Kaukasus.
‘Ik heb allemaal basispatronen gemaakt waar je veel kanten mee op kunt. Voor de kleintjes worden het kleertjes in vrolijke legokleurtjes. Voor kinderen tot twaalf jaar is het wat stoerder, van stevig katoen’, vertelt Dros. De Apeldoornse ontwerpt alleen de kleding. De broeken, jurkjes en jasjes worden in Georgië gemaakt van stof uit dat land. ‘Een aantal jaren geleden kon dat nog niet. Toen was er in Georgië geen garen, rits of stof te koop’, weet ze. ‘Inmiddels hebben we wel warenhuizen ontdekt waar die spullen te koop zijn en er is een stoffenmarkt.’ Omdat ze in Apeldoorn al eerder succesvol heeft geholpen met het opzetten van een kledinglijn, kreeg Dros het idee voor een kledingzaakje in Georgië. Haar Georgische vriendin Irini Gegetschkori gaat de zaak in de hoofdstad Tbilisi runnen. Een deel van het startkapitaaltje hebben ze van de Georgische universiteit gekregen, vanwege Gegetschkori’s goede resultaten bij een managementopleiding. De rest is goedkoop geleend bij de bank. Werkgelegenheid Al jaren is Dita Dros samen met haar man Co (64) in touw voor Georgië, dat geteisterd wordt door interne conflicten en machtstrijd met Rusland. Koffers vol tweedehands kleding zamelden ze in voor de vele vrienden in dat land. Als Dita zaterdag op het vliegtuig stapt, heeft ze ook geld bij zich voor de stichting Soco. ‘Dat is een stichting die Sandra Roelofs, de Nederlandse vrouw van de nieuwe president, heeft opgezet. Haar man Saakasjvili heeft veel goed werk gedaan, maar van Sandra ben ik écht fan’, bekent Dros. ‘Ze is actief voor de opvang van zwerfkinderen en bejaarden, voor gehandicapten en vluchtelingen. Dat is daar nog slecht geregeld.’ Expositie Bij Dita en Co Dros is de liefde voor Georgië inmiddels zo groot, dat ze een half jaar geleden een appartement in Tbilisi kochten. Minstens drie maanden per jaar willen ze er naartoe, soms samen met hun dochter Evelien. ‘We logeerden altijd bij vrienden. Hun gastvrijheid is echt grenzeloos, maar we kunnen ze niet altijd tot last zijn.’ Elke keer als Dita en Co aankomen in het land op de Kaukasus, voelen ze zich er thuis. ‘Gelukkig hebben wij allebei hetzelfde rare virus als het om Georgië gaat. Het is gewoon houden van.’ De Stentor - 20 oktober 2006 |